VHD (RHD) en Myxomatose

VHD en VHD2

VHD is een dodelijke virusziekte die voorkomt bij konijnen. VHD staat voor Viral Haemorrhagic Disease. Het is een zeer besmettelijke ziekte waartegen uw het konijn kunt laten vaccineren.

De ziekte VHD is onder meerdere namen bekend:

–          RVHD (Rabbit Viral Haemorrhagic Disease),

–          VHS (Viraal Haemorrhagisch Syndroom),

–          RHD (Rabbit Haemorrhagic Disease) ,

–          RCD (Rabbit Calicivirus Disease).

Het VHD virus is een calicivirus. De ziekte werd als eerste gezien in 1984 in China, na import van Europese konijnen en komt sindsdien in delen van Europa voor.

Eind 2015 kwamen er plots meldingen vanuit het gehele land van acute sterfte onder konijnen. Op basis van symptomen werd gedacht aan VHD, maar ook gevaccineerde konijnen bleken besmet. Bij nader onderzoek bleek dit te gaan om een mutatie in het klassieke VHD virus, welke al in 2010 in Frankrijk opgedoken was, het zogenaamde VHD2 (RHD2) virus

Verspreiding

VHD en VHD2 is erg besmettelijk en wordt overgebracht door direct contact, door besmet materiaal zoals bodembedekking, hokken, geplukt gras, via vogels of zelfs via schoenzolen, en door stekende insecten zoals vlooien en muggen. Het wordt uitgescheiden in de urine en ontlasting. Het virus kan lang overleven op schoenen of kleding bij kamertemperatuur en is bestand tegen vorst.

Symptomen

VHD is een snel verlopende ziekte die vrijwel altijd dodelijk is. Het virus veroorzaakt een leverinfectie met als gevolg inwendige bloedingen in allerlei organen, vooral in de longen, lever en darmen. Binnen 1 tot 2 dagen na infectie wordt het konijn stilletjes en stopt met eten. Het dier kan benauwd worden, diarree of verstopping krijgen en het krijgt soms koorts. Al snel overlijdt het konijn, soms krijgt het daarbij epileptische aanvallen of een bloedneus en schreeuwt het. Soms zijn er geen symptomen te zien en is het konijn ineens dood. Sommige konijnen vertonen een subacute of chronische vorm, waarbij de dieren meestal na een of twee weken overlijden aan leverfalen. Konijnen jonger dan zes tot acht weken zijn doorgaans niet vatbaar voor deze ziekte.

De symptomen van VHD2 zijn vergelijkbaar met klassieke VHD. Bij de oude variant treedt sterfte op binnen 24-48 uur na infectie, bij VHD2 duurt dit iets langer (3 tot 5 dagen). Het verloop is dus iets minder acuut. Daarnaast wordt soms een wat chronischer vorm gezien, waarbij konijnen langere tijd ziek kunnen zijn. Verder ligt het percentage konijnen dat sterft ten gevolge van VHD2 lager dan bij VHD1 (5-70% i.p.v. >80%). Helaas is er vooralsnog geen therapie tegen VHD2. Preventie en vaccinatie zijn dan ook heel belangrijk

Voorkomen

VHD en VHD2 komt in Nederland ook bij wilde konijnen voor en kan worden overgebracht op huiskonijnen. Het is daarom erg belangrijk om uw konijn hiertegen te beschermen: zowel door besmetting zoveel mogelijk te voorkomen, als door uw dieren te laten vaccineren.

Preventieve maatregelen

Om besmetting te voorkomen is goede hygiëne belangrijk. Zorg ervoor dat wilde konijnen geen contact kunnen maken met uw konijnen. Probeer insecten te weren: gebruik horren in huis, gebruik eventueel horrengaas voor het hok en zorg ervoor dat het hok goed schoongemaakt wordt. Gebruik geen giftige chemische stoffen om muggen en vliegen te doden, deze kunnen schadelijk zijn voor het konijn. Pluk geen gras en andere planten in gebieden waar ook wilde konijnen voorkomen als uw konijnen niet gevaccineerd zijn tegen VHD en VHD2, en spoel alles goed af.

Vaccinatie

Er is sinds 2020 een vaccin (Nobivac® Myxo-RHD PLUS) dat met één vaccinatie beschermt tegen zowel VHD, VHD2  als myxomatose (een andere dodelijke konijnenziekte). Het vaccin is een jaar werkzaam.

Het is aan te raden uw konijn in het voorjaar te laten vaccineren, omdat de besmettingskans in voorjaar en zomer het grootst is.

Bij elke vaccinatie is het belangrijk dat het dier helemaal gezond is op het moment van vaccineren. Ook mag het konijn niet zwanger zijn. Laat het konijn daarom altijd eerst even door de dierenarts nakijken, zeker als u reden heeft om aan te nemen dat er iets met het dier aan de hand is. Vaccineren hoort geen ‘lopende band werk’ te zijn!

Vaccineren tijdens een operatie is niet aan te raden vanwege het beslag dat de vaccinatie legt op het immuunsysteem. De weerstand tegen andere infecties wordt daardoor tijdelijk verlaagd. Wel heeft het nieuwe combinatievaccin minder remmende werking op het immuunsysteem dan de tot nog toe gebruikte vaccins. Daardoor verwacht men minder risico dan voorheen bij het vaccineren van dieren die met een chronische infectie zoals ‘snot’ kampen. Wacht wel met vaccineren tot een moment waarop de infectie goed onder controle is; overleg vooraf goed met uw dierenarts.

De combinatievaccinatie tegen VHD, VHD2 en myxomatose mag vanaf een leeftijd van 5 weken gegeven worden. Omdat een konijn van 5 weken nog antilichamen heeft via de moeder, moet de vaccinatie op 6 maanden leeftijd worden herhaald, om een goede bescherming te verzekeren. Indien de vaccinatie op 7 weken leeftijd of later gegeven wordt, geeft deze wel 12 maanden bescherming. De vaccinatie geeft na 3 weken na het vaccineren bescherming tegen alle drie de ziektes.

Als bijwerking kan er op de plek van vaccineren een bultje ontstaan in de eerste drie weken na de vaccinatie en kan de lichaamstemperatuur 1 tot 2 graden stijgen.

Heeft uw konijn vaak last van bijwerkingen, of heeft het een verlaagde weerstand, overleg dan met uw dierenarts of het verstandig is het dier te laten vaccineren. 

Myxomatose

Myxomatose is een ernstige, vaak dodelijke ziekte bij konijnen. Het wordt veroorzaakt door een virus dat verwant is aan de pokkenvirussen. Myxomatose kwam oorspronkelijk alleen voor bij het Braziliaanse konijn en het Californische konijn maar is door de mens geïntroduceerd in Australië. De door de mens losgelaten konijnen daar hadden geen natuurlijke vijanden en konden zich daardoor ongestoord voortplanten, tot ze een plaag vormden voor de boeren. Met het myxomatosevirus hoopte men de konijnenpopulatie te kunnen controleren. Het virus verspreidde zich echter ook naar Europa en richt daar nog steeds veel schade aan onder konijnenpopulaties.

Verspreiding

Het myxomatosevirus wordt overgebracht door stekende insecten, vooral muggen en steekvliegen maar ook vlooien. Er bestaat ook een vorm die door direct contact wordt overgebracht.

Symptomen

Een konijn dat getroffen is door myxomatose krijgt zwellingen bij de ogen, mond en anus. Daarna ontstaan bulten op de oren, bij de mond en op de rug: de myxomen. Vervolgens krijgt het konijn longontsteking en zal het uiteindelijk bijna altijd sterven. Bij de vorm die door direct contact wordt overgedragen zijn nauwelijks huidzwellingen te zien; wel ontstaan er rode, gezwollen ogen en vooral problemen met de ademhaling.

Behandeling

Er is geen behandeling tegen de ziekte. Het enige wat gedaan kan worden is goede voeding en pijnstilling te geven en behandeling tegen bijkomende aandoeningen met antibiotica. Slechts in een klein percentage van de gevallen overleeft een konijn een infectie. Konijnen die een infectie overleven zijn daarna zo’n 14 tot 20 maanden beschermd tegen een nieuwe infectie.

Voorkomen

In Nederland komen regelmatig uitbraken van myxomatose voor onder wilde konijnen, maar ook huiskonijnen kunnen besmet worden. Het is dan ook belangrijk om uw konijn goed tegen deze ziekte te beschermen. Dat kan door middel van preventie en vaccinatie.

Preventieve maatregelen

Het voorkomen van een besmetting is uiteraard van groot belang. Zorg ervoor dat uw konijnen vrij zijn van vlooien. Niet elk anti-vlooienmiddel is geschikt voor konijnen, overleg dus met uw dierenarts! Houd wilde konijnen weg bij uw eigen konijnen. Neem maatregelen tegen muggen en vliegen. Gebruik horren in huis, gebruik eventueel horrengaas voor het hok, zorg ervoor dat het hok goed schoongemaakt wordt. Gebruik geen giftige chemische stoffen om muggen en vliegen te doden, deze kunnen schadelijk zijn voor het konijn.

Vaccinatie

Er is sinds 2020 een vaccin (Nobivac® Myxo-RHD PLUS) dat met één vaccinatie beschermt tegen VHD, VHD2 en myxomatose. Het vaccin is een jaar werkzaam.

Het is aan te raden uw konijn in het voorjaar te laten vaccineren, omdat de besmettingskans in voorjaar en zomer het grootst is.

Bij elke vaccinatie is het belangrijk dat het dier helemaal gezond moet zijn op het moment van enten. Een vaccinatie vraagt actie van het immuunsysteem, en als dat tegelijkertijd meerdere infecties moet bestrijden kan dit verkeerd gaan. Ook mag het konijn niet zwanger zijn. Laat het konijn daarom altijd eerst even door de dierenarts nakijken, zeker als u reden heeft om aan te nemen dat er iets met het dier aan de hand is. Vaccineren hoort geen ‘lopende band werk’ te zijn!

Vaccineren tijdens een operatie is niet aan te raden vanwege het beslag dat de vaccinatie legt op het immuunsysteem. De weerstand tegen andere infecties wordt daardoor tijdelijk verlaagd. Wel heeft het huidige vaccin minder remmende werking op het immuunsysteem dan de oudere vaccins. Daardoor verwacht men minder risico dan voorheen bij het vaccineren van dieren die met een chronische infectie zoals ‘snot’ kampen. Wacht wel met vaccineren tot een moment waarop de infectie goed onder controle is; overleg vooraf goed met uw dierenarts.

Als uw konijn al verschijnselen van myxomatose vertoont, laat het dier dan niet meer vaccineren. Dit werkt meestal averechts en maakt het dier juist ziek doordat de vaccinatie de weerstand van het dier tijdelijk verzwakt. Overleg met uw dierenarts en ga zeker niet naar een vaccinatiespreekuur om besmetting van andere konijnen te voorkomen. Als er in uw omgeving een uitbraak is van myxomatose en uw konijn is niet gevaccineerd maar heeft nog geen symptomen, dan kunt u alsnog laten vaccineren. Denk er wel aan dat het mogelijk is dat uw konijn toch al besmet was en dan alsnog ziek zal worden.

De combinatievaccinatie Nobivac® Myxo-RHD PLUS tegen VHD, VHD2 en myxomatose mag vanaf een leeftijd van 5 weken gegeven. Als bijwerking kan er op de plek van vaccineren een bultje ontstaan in de eerste twee weken na de vaccinatie en kan de lichaamstemperatuur 1 tot 2 graden stijgen. Heeft uw konijn vaak last van bijwerkingen, of heeft het een verlaagde weerstand, overleg dan met uw dierenarts of het verstandig is het dier te laten vaccineren.

 

© Copyright Online Marketing Bureau iClicks 2024 | Privacyregelement | Cookie settings Algemene voorwaarden | Contact | Sitemap