Vaccinatie Kat

Vaccinatie van de kat

Het is verstandig om dieren zoveel mogelijk tegen ziektes te beschermen d.m.v. regelmatige vaccinatie: voorkomen is altijd beter dan genezen! Als een dier wordt ingeënt, zal het afweerapparaat reageren door afweerstoffen (antilichamen) te maken tegen de ziekte waartegen gevaccineerd is. Het gevolg is dat het dier gedurende een bepaalde periode beschermd is. Op het moment dat een van de ziektewekkers na vaccinatie het lichaam binnenkomt, kan de afweer dan direct reageren, zodat het dier niet ziek wordt.

Gezondheidscontrole en advies
Voorafgaand aan de vaccinatie vindt een gezondheidscontrole van uw dier plaats. Hierbij controleren we o.a. gebit, oren, ogen, huid en lymfeknopen, wordt er geluisterd naar hart en longen en wordt de buik nagevoeld. Eventuele gezondheidsproblemen komen uiteraard ook aan de orde. Daarnaast zullen we u waar nodig advies geven over de bestrijding van parasieten (o.a. vlooien, wormen en teken) en de voeding.

Vaccinatieschema
In overleg met uw dierenarts worden de componenten van de jaarlijkse vaccinatie bepaald. Hierbij spelen de leefomstandigheden van uw kat een belangrijke rol: de leeftijd, de infectiedruk (pension, tentoonstelling) en bezoek aan het buitenland. Vaccinatie is maatwerk en we zoeken samen met u naar het optimale vaccinatieschema voor uw huisdier.

Bij kittens is het afweersysteem in ontwikkeling. Ze krijgen van hun moeder afweerstoffen (maternale antilichamen) via de eerste melk tegen de belangrijkste ziektes, als de moeder goed geënt is. Vanaf een aantal weken leeftijd kan een kitten zelf afweer op gaan bouwen. De antilichamen van de moeder worden dan afgebroken, waardoor deze bescherming wegvalt. Het is dus van belang de kittens al te enten vanaf 8-9 weken leeftijd, om zo de eigen aanmaak van afweerstoffen te stimuleren. Het kan zijn dat een kitten dan nog een aantal antilichamen heeft, waardoor hij onvoldoende nieuwe antilichamen maakt na de vaccinatie. Daarom moeten de kittens op 12 weken nogmaals gevaccineerd worden.

Ook volwassen katten hebben regelmatig herhalingsentingen nodig om hun bescherming op peil te houden. Het is inmiddels bekend dat de beschermingsduur niet voor alle componenten van deze cocktails hetzelfde is. Voor niesziekte is dat een jaar, dus katten moeten daar echt elk jaar tegen worden gevaccineerd. Maar voor kattenziekte is de beschermingsduur veel langer, dus daarvoor is elk jaar enten niet nodig.

Als uw kat meegaat naar het buitenland zijn een vaccinatie tegen Rabiës (hondsdolheid), een chip en een officieel Europees dierenpaspoort verplicht. De rabiësvaccinatie dient minimaal 21 dagen voor vertrek gegeven te worden. Het dier moet dan minimaal 12 weken oud zijn. De enting is daarna 3 jaar geldig. Daarnaast hebben sommige landen nog aanvullende eisen. Zie hiervoor de informatiebrief over vakantie met uw huisdier, informeer bij uw dierenarts of kijk op de website www.licg.nl.

Ziektes

Kattenziekte
Kattenziekte wordt veroorzaakt door het feline panleukopenie virus, ook wel parvovirus genoemd. De ziekte is zeer besmettelijk en veroorzaakt onder andere afwijkingen aan het maagdarmkanaal en een verminderde afweer. Meestal zijn de verschijnselen, zoals braken, diarree en koorts, ernstiger op jonge leeftijd en kan de ziekte tot sterfte leiden. Infectie van drachtige dieren kan leiden tot de geboorte van afwijkende kittens. Het virus kan jarenlang overleven in de omgeving en is alleen met bepaalde ontsmettingsmiddelen te doden.

Niesziekte
Niesziekte is een aandoening van de voorste luchtwegen waarbij verschillende verwekkers een rol spelen. De belangrijkste zijn de virussen herpes en calici (rhinotracheïtis) en de bacteriën Bordetella en Chlamydia. Daarnaast zijn huisvesting, klimaat en verzorging van belang bij het ontstaan van niesziekte. Vanwege de multifactoriële aard van de ziekte wordt daarom vaak gesproken over het niesziektecomplex.

De verschijnselen kunnen variëren afhankelijk van de leeftijd, de weerstand van het dier en de verwekker. Het kan beperkt blijven tot niezen, waterige oog- en neusuitvloeiing en wat hoesten. Bij verslechtering kan de kat echter hoge koorts en complicaties zoals een longontsteking krijgen. Met medicijnen is niesziekte meestal wel te genezen, maar sommige katten kunnen er chronische milde verschijnselen aan overhouden. Ook kunnen katten drager worden, waarbij de ziekteverschijnselen tot uiting komen tijdens periodes van verminderde weerstand. Daardoor kunnen katten in de omgeving ook weer besmet raken. Vooral op plaatsen waar katten intensief contact hebben komt niesziekte veel voor, de besmetting verloopt via direct contact tussen katten of via besmette materialen.

Vaccinatie geeft geen 100% bescherming maar is wel degelijk aan te raden, aangezien het de kans op infectie kleiner maakt. Ook zorgt het ervoor dat de ziekte veel milder verloopt, waarbij de kans op complicaties aanzienlijk kleiner is.

Hondsdolheid
Hondsdolheid (Rabiës) is een virusziekte die zeer besmettelijk is voor vrijwel alle zoogdieren. Het virus gaat naar de hersenen en zorgt voor allerlei neurologische problemen, onder andere agressief gedrag. Het virus zit ook in het speeksel en verspreidt zich voornamelijk via bijtwonden. De afloop is vrijwel altijd dodelijk. In Nederland is de laatste jaren geen kat met hondsdolheid gezien, maar inenten is zeker verstandig (en verplicht) als de kat naar het buitenland gaat.

 

© Copyright Online Marketing Bureau iClicks 2024 | Privacyregelement | Cookie settings Algemene voorwaarden | Contact | Sitemap